Iedere maand zet Art-fact in de rubriek Spot aan! een (amateur)kunstenaar in de spot light. Judith Ensel, directeur /programmacoördinator van Art-fact, bijt in deze eerste editie zelf het spits af.
Mijn naam is Judith Ensel. Ik werk als directeur /programmacoördinator bij Art-fact, op de kop af 10 jaar. Ik ben dus vanzelfsprekend in mijn werk bij heel verschillende vormen van kunst betrokken, voornamelijk in Tilburg, maar ook in Breda, waar ik al meer dan 30 jaar woon.
Ik ben wat je noemt een echte culturele omnivoor. Ik vind veel leuk, zolang het maar niet te grootschalig wordt. Je maakt mij niet blij met een concert in een stadion. Vroeger wel natuurlijk. Ik kan me de opwinding nog wel herinneren toen ik voor het eerst naar een concert van David Bowie of the Police ging. Dat waren dan ook wel meteen mijn grootste idolen, waar ik nog wel een poster van aan de muur durfde te hangen. Nu ga ik veel meer voor de verrassing en de wat meer intiemere voorstellingen. Maar als je mij vraagt waar ik echt actief mee bezig ben op dit moment, dan is het improvisatiedans. Dat doe ik nu anderhalf jaar bij de Nieuwe Veste in Breda. Ik vind het fantastisch!
Ik denk 1,5 jaar, maar ik dans al veel langer. Ooit begonnen als volksdanser bij Zadjenica in Amsterdam en bij Fenix in Breda. Na een paar jaar werd dat Spaanse dans, bij Los de Malaga in Breda, maar ik heb ook op Afrikaanse dans en Buikdansen gezeten.
Waar ik echt actief mee bezig ben op dit moment is improvisatiedans. Fantastisch vind ik het!
Vanzelfsprekend heb ik ook nog wel andere kunstdisciplines uitgeprobeerd, verschillende schildercursussen, een paar jaar accordeon en laatst had ik opeens het idee om klarinet te gaan (leren) spelen. Of dat er nog van komt, we zien wel. Ik ben toch net iets meer een passieve cultuurparticipant. Ik ga graag naar dansvoorstellingen, exposities en lezingen over kunst. Kunst in al zijn diversiteit speelt in ieder geval een belangrijke rol in mijn leven, zowel in mijn werk als in mijn vrije tijd.
Voor mijn werk komt de inspiratie onder andere uit de gesprekken die ik met mensen voer. Daarnaast kan het bezoeken van een kennisbijeenkomst ook inspirerend zijn, want dan ontmoet ik vakgenoten die ook met van alles en nog wat bezig zijn. Wat mij uiteindelijk toch het meeste inspireert is de performance, de expositie of het concert zelf. En dan gaat het niet over mooi of goed, maar meer over de impact die het op mij heeft als toeschouwer, maar ook wat het doet met de ‘deelnemers’ zelf. Bij amateurs is dat vaak iets kwetsbaarder dan bij professionals, maar daardoor raakt het mij soms ook meer. Ik ben tenslotte zelf ook een amateur en ik weet uit ervaring hoe enorm spannend het kan zijn om anderen jouw ‘creatie’ te tonen. Maar om nog even terug te komen op mijn eigen hobby: bij dans is de muziek altijd mijn belangrijkste inspiratiebron. En dat kan van alles zijn, van klassiek tot wereldmuziek. Toch heb ik bij improvisatiedans geleerd dat je de inspiratie ook op een andere manier kunt vinden. Zonder muziek ga ik anders dansen, misschien wel nog vrijer en nog dichter bij wat ik echt voel of wil uitdrukken. Dat is toch mooi, dat je echt nooit te oud bent om iets nieuws te leren.
Dat is een goede vraag… Ik laat mij vooral leiden door thema’s die momenteel spelen. Binnen ons Buurtcultuurprogramma zijn dat bijvoorbeeld vraagstukken als verloedering van de leefomgeving, identiteit, eenzaamheid. Je merkt ook dat dit onderwerpen zijn, waar steeds meer jonge kunstenaars op 'aan' gaan. Daarnaast blijft een onderwerp als samenwerking steeds terugkomen. We kunnen en moeten ook niet alles alleen willen doen. Dat geldt voor zowel de professionele kunsten als voor de amateurkunst. Een thema wat mij al langer bezig houdt, is hoe we mensen die de weg zijn kwijt geraakt en aan de rand van de samenleving zijn beland, met kunstparticipatie een nieuw perspectief op hun leven kunnen geven. Er zijn hier en daar wel wat initiatieven die ik een beetje volg, denk bijvoorbeeld ook aan bewegingen als Outsider Art, maar ik heb te weinig tijd om hier echt in te duiken. Tenslotte blijft het voor Art-fact en ook voor mijzelf een uitdaging om ervoor te zorgen dat meer kinderen in aanraking komen met kunst. We zijn nu samen met Factorium Podiumkunsten en bureau CiST een pilot gestart om op een aantal basisscholen in Tilburg cultuurcoaches te plaatsen. Die gaan zorgen voor meer kunst en cultuur in en buiten de school. Alles wat we doen is winst, want ik ben ervan overtuigd dat kinderen veerkrachtiger burgers worden als ze al jong hun creatieve competenties kunnen ontwikkelen, zonder dat ze allemaal kunstenaar hoeven te worden.
Ik ben best wel een vrouw met een missie, als ik het zo mag formuleren. Toen ik 10 jaar geleden mijn baan begon bij Art-fact, toen nog STAK, kreeg ik best veel vrijheid van het bestuur om te doen wat ik dacht dat goed was voor de amateurkunst in Tilburg. Ik weet dat ik al vrij snel in gesprekken met mijn toenmalige contactambtenaar van de gemeente Tilburg sprak over het inzetten van cultuurscouts in de wijk om meer Tilburgers de mogelijkheid te geven om in contact te komen met kunst. Nu na 10 jaar hebben we een programma voor Buurtcultuur, we hebben twee cultuuraanjagers en we zijn net gestart met cultuurcoaches, dus je zou zeggen: doel bereikt. Dat is natuurlijk maar ten dele zo, want we zijn er nog lang niet. Al was het maar dat nog steeds heel veel kinderen in onvoldoende mate in aanraking komen met kunst en cultuur. Daarnaast verouderen veel amateurkunstverenigingen en zoeken veel jongeren een andere weg. Kortom, we kunnen niet achterover leunen en moeten alert blijven en steeds nieuwe manieren zoeken om amateurkunst te stimuleren. Het verenigingsleven moeten we blijven koesteren. We willen meer samenwerken met maatschappelijke en culturele partners om amateurkunst voor meer mensen, maar vooral kinderen, mogelijk te maken. We zouden meer jonge kunstprofessionals aan ons willen binden en we zien heel veel vraagstukken die om een nieuwe aanpak vragen, waar kunst het verschil kan maken. Kortom, ambities genoeg.
Helden, daar doe ik niet aan. Het meest leer ik vooral van mijn eigen fouten en door goed te kijken naar hoe anderen het doen. Je hoeft echt niet elke keer het wiel uit te vinden en het hoeft ook niet altijd een 10 te zijn. De boel in beweging houden vind ik belangrijker en dat is dan ook een mooi bruggetje naar de dans, want sinds ik op improvisatiedans zit, kijk ik anders naar dansvoorstellingen. Niet dat ik dat direct kan toepassen in mijn eigen dansbewegingen, maar het inspireert mij wel en zo zie ik het ook in mijn werk. Niet blijven navelstaren, maar in actie komen en ja soms loopt dat niet goed af, maar dan ga ik even zitten mokken en dan pak ik de draad weer op.
Ik wist al heel jong wat ik later wilde worden, namelijk Spaans danseres, nou dat is niet gelukt….haha. Als ik naar mijn werk kijk, dan kan ik niet spreken van de grootste mislukking. Dat wil niet zeggen dat er in de afgelopen 10 jaar niets fout is gegaan, maar uit alles ontstond weer iets nieuws.
Daar geldt hetzelfde voor. Niet uit valse bescheidenheid, maar je doet in dit werk natuurlijk iets nooit alleen. Je hebt altijd de juiste mensen om je heen nodig om ergens iets van te kunnen maken. Mijn bestuur heeft mij de juiste tools in handen gegeven om mijn werk goed te doen. Ik heb goede collega’s (gehad) waarmee ik nieuwe projecten heb kunnen opzetten. Misschien is mijn grootste succes wel dat ik nog steeds elke dag met plezier naar mijn werk ga en hopelijk ook anderen weer weet te inspireren.
Ik hoop dat ik nog steeds fit genoeg ben om te dansen en dat ik Art-fact heb weten uit te breiden naar een iets grotere organisatie, waarmee we nog meer kunst en cultuur voor nog meer Tilburgers mogelijk kunnen maken. Verder houd ik mij niet zo met de toekomst bezig.
Een tip voor een voorstelling ‘Brave new world’ van Club Guy en Roni. Die maken interdisciplinaire voorstellingen met muziek, dans en theater. Dat is op het puntje van je stoel zitten. Theater, dans, muziek, spannend, vervreemdend, anders, echt iets van deze tijd. https://www.clubguyandroni.nl/
Ik ben wel nieuwsgierig wat mijn collega Patrick van Berkel bezighoudt.